Feline HCM is de meest voorkomende hartziekte bij katten.
Deze is gekenmerkt door een abnormale verdikking (hypertrofie) van de hartspier die de wanden van het hart vormen. De hartwanden worden dikker en stijver, zodat deze onvoldoende kunnen uitzetten wanneer deze gevuld worden met bloed. Hierdoor zal er een kleiner volume bloed rondgepompt worden bij elke hartslag.
Stijvere en dikkere wanden van de hartkamers (ventrikels) veroorzaken een hogere druk, waardoor op een gegeven moment de voorkamers (atria) uitrekken.
Aanvankelijk zal de kat met HCM geen symptomen tonen. Dit noemen we de asymptomatische fase. Maar, na een tijdje zal de druk toch stijgen in de linker voorkamer, waardoor zuurstofrijk bloed uit de longen minder vlot afvloeit met als gevolg een uitrekking (dilatatie) meestal alleen van de linker voorkamer. Hierdoor zal bloed gemakkelijker in de longbloedvaten blijven staan om ten slotte te lekken in de longen. Dit is longoedeem (pulmonair oedeem). Bij katten kan dit ook vrij vocht in de borstkas zijn (pleurale effusies). Doordat er vocht in de longen of in de borstkas aanwezig is, zal de kat in ademnood komen. De kat gaat zich niet meer in een rolletje leggen om te slapen, maar blijft in sternale houding liggen, en het ademhalingsritme in rust loopt gauw op tot 40 – 50 keer per minuut (normaal is de ademhaling in rust minder dan 30 per minuut). Hier spreekt men van een symptomatische fase, waarbij de kat in Congestief Hartfalen (CHF) is.
Wanneer beide voorkamers uitgerokken (gedilateerd) zijn, kan er ook vocht in de buik opgestapeld zijn (ascites).